Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Financiering - Inleiding

In de financieringsparagraaf worden de onderwerpen beschreven die behoren tot het geldstromenbeleid van de gemeente en een belangrijk hulpmiddel zijn bij het sturen, beheersen, verantwoorden en toezicht houden op de financieringsfunctie.  Dit beleid valt binnen de kaders van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). Hierin zijn drie wettelijke normen opgenomen waaraan de gemeente moet voldoen bij het aantrekken en uitzetten van financiële middelen. De procedures en werkwijze van de gemeente Baarn zijn opgenomen in het treasurystatuut. 

In deze paragraaf volgt een toelichting op:
•    Renterisico's (kasgeldlimiet en renterisiconorm)
•    Financieringsbehoefte (leningen en uitgezette leningen)
•    Rentemethodiek en renteresultaat (omslagrente en renteresultaat)
•    Schatkistbankieren

Renterisico van de vlottende schuld (kasgeldlimiet)

Terug naar navigatie - Financiering - Renterisico van de vlottende schuld (kasgeldlimiet)

De gemeente mag tot een bepaalde grens (de kasgeldlimiet) leningen met een looptijd korter dan 1 jaar aantrekken. De wettelijke toegestane omvang bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal. Voor de gemeente Baarn is dat in 2026 € 6,9 miljoen. De gemeente Baarn heeft met de bank een lager bedrag afgesproken dan het toegestane kasgeldlimiet welke de gemeente rood mag staan, namelijk maximaal € 2,5 miljoen. De kasgeldlimiet mag niet meer dan drie achtereenvolgende kwartalen overschreden worden. De verwachting is dat de gemeente Baarn in 2026 geen kortlopende financiering nodig heeft.

Kasgeldlimiet 2026 % Rekening Begroting Meerjarenperspectief
2024 2026 2027 2028 2029
Begrotingstotaal (totale lasten) 80.326 80.965 79.470 77.933 78.032
Toegestane kasgeldlimiet 8,5% 6.828 6.882 6.755 6.624 6.633

Renterisico van de vaste schuld (renterisiconorm)

Terug naar navigatie - Financiering - Renterisico van de vaste schuld (renterisiconorm)

Op het moment dat nieuwe leningen moeten worden afgesloten of de rentevaste periode afloopt, ontstaat renterisico. De rente kan dan hoger liggen dan voorheen, wat leidt tot hogere rentelasten. Om dit risico te beperken, geldt vanuit de Wet FIDO een zogenoemde renterisiconorm. Deze norm schrijft voor dat het totaal aan renteherzieningen en aflossingen per jaar niet meer mag zijn dan 20% van het begrotingstotaal. Zo wordt voorkomen dat te veel financiering tegelijk tegen een hogere rente moet worden herzien.

Voor 2026 blijven we met 18,6% ruim binnen deze norm. Wel loopt dit percentage de komende jaren op, als gevolg van de geplande investeringen. Het is daarom belangrijk om het renterisico actief te blijven volgen en waar nodig spreiding aan te brengen in het aflossings- en herfinancieringsritme.

Renterisiconorm 2026 Rekening Begroting Meerjarenperspectief
2024 2026 2027 2028 2029
Begrotingstotaal 80.326 80.965 79.470 77.933 78.032
Percentage renterisiconorm cf. Ufdo 20% 20% 20% 20% 20%
Renterisiconorm 16.065 16.193 15.894 15.587 15.606
Berekening renterisico
Renteherzieningen ** 0 163 151 139 162
Aflossingen *** 5.831 1.086 1.319 5.035 1.734
Renterisico 5.831 1.249 1.470 5.174 1.896
Toets aan de renterisiconorm 16.065 16.193 15.894 15.587 15.606
Renterisico 5.831 1.249 1.470 5.174 1.896
Ruimte (+) overschrijding (-) 10.234 14.944 14.424 10.413 13.710
Renterisico in % 7,26% 1,54% 1,85% 6,64% 2,43%
Renterisiconorm in % 12,74% 18,46% 18,15% 13,36% 17,57%
** alleen opgenomen leningen (OG)
*** alleen O/G slechts bij doorverstrekking salderen met uitgezette leningen (U/G)

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financiering - Financieringsbehoefte

Langlopende leningen

Bij het opstellen van de Begroting 2026 beschikt de gemeente Baarn over vier langlopende geldleningen. Er zijn twee typen leningen in portefeuille: fix-leningen, waarbij de aflossing in één keer aan het einde van de looptijd plaatsvindt, en lineaire leningen met periodieke aflossing. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de leningen per peildatum 31 december 2025.

Voor 2026 verwachten we een nieuwe lening van in totaal € 12,3 miljoen. Dit bedrag is bedoeld voor investeringen in onder andere groot onderhoud aan de buitenruimte (riolering, wegen e.d., €  3,7 miljoen), verduurzaming van gemeentelijk vastgoed (€ 2,4 miljoen) en onderwijshuisvesting (€ 6 miljoen).

Vaste schulden rentetypische looptijd >1 jaar Hoofdsom Startdatum Einddatum Rente 2026 1 jan
BNG 40.114182 Baarns Lyceum 27.574 10-9-2020 31-12-2049 0,39% 22.820
BNG 40.115359 Verlichting 1.200 3-1-2022 3-1-2042 0,50% 1.020
BNG 40.118041 Herfinanciering Balansverbetering 3.500 17-3-2025 17-3-2028 3,00% 3.500
Totaal (x € 1000) 32.274 27.340
Verloop van de leningen in de komende jaren 2026 2027 2028 2029
Lopende leningen 27.340 38.646 45.969 48.887
Aflossingen 1.011 1.319 5.035 1.734
Rente 507 759 941 1.220
Gemiddelde rente op basis saldo leningen 1,85% 1,97% 2,05% 2,50%

Verstrekte langlopende leningen (uitzettingen)

Terug naar navigatie - Financiering - Verstrekte langlopende leningen (uitzettingen)

Naast de opgenomen leningen heeft de gemeente Baarn ook een aantal uitgezette leningen. Deze zijn onder te verdelen in twee categorieën:

Leningen via het SVn
Dit betreft leningen aan starters op de woningmarkt en voor verduurzaming van particuliere woningen. Ze worden uitgezet via een revolverend fonds: aflossingen en rente vloeien terug in het fonds en kunnen opnieuw worden ingezet. De uitvoering (verstrekking, beheer en inning) verloopt volledig via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn).

Leningen aan sportclubs en verenigingen
Deze leningen worden afgelost, maar maken geen deel meer uit van het huidige beleid. In de Nota Borgstellingen 2018 is vastgesteld dat deze vorm van financiering wordt afgebouwd. Nieuwe aanvragen worden niet meer gehonoreerd. Sportclubs en verenigingen kunnen sindsdien zelfstandig op de geldmarkt lenen, waarbij de gemeente – onder voorwaarden – borg kan staan.

Saldo SVn-rekening (revolverende fondsen)

Het weergegeven overzicht betreft het verwachte saldo op de SVn-rekening, dus de beschikbare middelen binnen de verschillende revolverende fondsen. Het saldo neemt naar verwachting toe van € 966.000 in 2024 naar € 1.265.000 in 2029. Dit betekent dat er structureel voldoende terugbetalingen binnenkomen om nieuwe leningen te kunnen blijven verstrekken.

De starterslening wordt de laatste jaren minder aangevraagd, maar het saldo blijft toenemen door aflossingen en beperkte nieuwe aanvragen. De oude duurzaamheidslening is komen te vervallen; hiervoor zijn twee nieuwe regelingen in de plaats gekomen: wijkgericht duurzaam wonen en algemeen duurzaam wonen. We verwachten dat deze regelingen beter aansluiten bij de actuele verduurzamingsopgave en daardoor meer gebruikt zullen worden.

De oplopende saldi weerspiegelen dat de fondsen gezond zijn en ruimte bieden voor toekomstige aanvragen. De inzet van deze middelen blijft daarmee gericht op het ondersteunen van starters en het stimuleren van particuliere woningverduurzaming, zonder druk op de reguliere begroting.

Uitzettingen Rekening Begroting Meerjarenperspectief
(x € 1.000) 2024 2026 2027 2028 2029
Startersleningen 326 475 625 775 950
Duurzaamheidsleningen 15 0 0 0 0
Wijkgericht duurzaam wonen 445 395 355 305 255
Algemeen duurzaam wonen 181 150 120 90 60
Totaal 966 1.020 1.100 1.170 1.265

Uitgezette leningen aan sportverenigingen en stichtingen

De uitstaande leningen aan verenigingen en stichtingen nemen de komende jaren af. Per 1 januari 2026 bedraagt het totaal € 49.389, maar dit loopt stapsgewijs terug naar € 453 in 2029. Dit is in lijn met het beleid om geen nieuwe leningen meer te verstrekken, zoals vastgelegd in de Nota Borgstellingen 2018. De aflossingen verlopen volgens schema. Hiermee wordt het uitzettingsvolume structureel afgebouwd, en worden de bijbehorende risico’s beperkt.

Saldi van uitgezette leningen > 1 jaar Activum Begroting Meerjarenperspectief
Club/Vereniging (saldi per 1 januari) 2026 2027 2028 2029
Merhula scouting groep 363 1.815 1.361 907 453
St Kunstgrasaccomodatie / BMHV 809 14.374 -1 0
St Kinderboerderij Baarn 877 31.200 20.800 10.400 0
St Baarnse IJsbanen 1027 2.000 1.000 0
Totaal 49.389 23.160 11.307 453

Rentemethodiek en renteresultaat

Terug naar navigatie - Financiering - Rentemethodiek en renteresultaat

Omslagrente
In de financieringsparagraaf moet inzicht worden gegeven in de verwachte rentelasten en de aan de taakvelden toe te rekenen rente. Om de rentelasten en -baten te kunnen toerekenen aan de investeringen in de verschillende programma's wordt er een rente-opslagmethode (omslagrente) toegepast. De omslagrente voor het jaar 2026 is berekend op 0%. (in 2025: 0%). Dit omslagpercentage is ook voor de jaren 2027 tot en met 2029 toegepast. Een eventuele stijging van de omslagrente de komende jaren leidt tot een hogere structurele last in de meerjarenbegroting.

Rente toerekening aan programma's (omslagrente) Rekening 2024 Begroting 2026
Externe rentelasten over lang en kort lopende financiering 119 507
Externe rentebaten - -389 -389
1 Totaal externe externe rente -270 118
Rente toe te rekenen aan grondexploitatie - 0 0
Rente van projectfinanciering toe te rekenen aan taakveld - 0 0
Rentebaten van doorverstrekte leningen + 0 0
2 Totaal door te berekenen rente 0 0
3 Saldo aan taakvelden door te berekenen externe rente (1 + 2) -270 118
Rente eigen vermogen + 0 0
Rente over voorzieningen + 0 0
4 Totaal rente E/V en voorzieningen 0 0
Aan taakvelden toe te rekenen rente (3 + 4) -270 118
Werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) - 383 0
Renteresultaat op taakveld treasury 653 118
Renteomslag
Boekwaarde investeringen per 1 januari 53.994 64.775
Aan taakveld toe te rekenen rente '/ -270 118
Renteomslag -0,01 0,00

Schatkistbankieren
Schatkistbankieren verplicht decentrale overheden alle overtollige beschikbare middelen op hun bankrekeningen te beleggen bij het Rijk. Onder overtollige middelen verstaat het Rijk bedragen groter dan 2% van het begrotingstotaal (met een minimum van € 1.000.000). Decentrale overheden nemen deel aan schatkistbankieren, zodat de collectieve sector (Rijk en decentrale overheden gezamenlijk) een lagere EMU-schuld heeft. Iedere euro die decentrale overheden aanhouden in de schatkist vermindert de externe financieringsbehoefte van het Rijk. Dit leidt automatisch tot een lagere staatsschuld.

De gemeente Baarn kan in eigen beheer maximaal € 400.000 op de betaalrekening houden. Zodra het saldo van de bankrekening hoger is dan € 400.000 wordt dit automatisch afgeroomd en aangehouden bij het Rijk. De tegoeden bij de schatkist zijn op elk moment op te nemen. Over onze tegoeden bij de schatkist ontvangen wij rente. Deze rente is gelijk aan de rente die het Rijk betaalt voor de leningen die door het Rijk worden aangetrokken.