Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In de financieringsparagraaf worden de onderwerpen beschreven die behoren tot het geldstromenbeleid van onze gemeente en een belangrijk hulpmiddel zijn bij het sturen, beheersen, verantwoorden en toezicht houden op de financieringsfunctie.  Dit beleid valt binnen de kaders van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). Hierin zijn drie wettelijke normen opgenomen waaraan de gemeente moet voldoen bij het aantrekken en uitzetten van middelen.  Afhankelijk van factoren zoals rentestand, verwachting, de hoogte en verwachte duur van een liquiditeitstekort of -overschot, wordt vermogen tijdelijk of langdurig aangetrokken of uitgezet (voornamelijk schatkist). Het uitgangspunt bij het aantrekken van vermogen is dat het kasgeldlimiet optimaal benut wordt en zoveel mogelijk kort vermogen wordt aangetrokken.

Beleidskader

Terug naar navigatie - Beleidskader

Naast de wettelijke kaders geldt voor de paragraaf Financiering de volgende gemeentelijke beleidskaders:

Het gemeentelijk kader van het financiële beleid is vastgelegd in de financiële nota’s en verordeningen. De financiële verordening ex art 212 Gemeentewet is een verplichte verordening en beschrijft de doelen en richtlijnen van de financieringsfunctie. De taken en bevoegdheden van financiële beheershandelingen zijn vastgelegd in het Treasurystatuut. Dit statuut verschaft duidelijkheid rondom de spelregels van Treasury en richt zich op beschikbaarheid van middelen en in- en uitgaande kasstromen. Het beleid omtrent reserves / voorzieningen en activa zijn vastgelegd in de respectievelijke nota’s.


In deze paragraaf komen de volgende onderdelen aan de orde:

• Leningenportefeuille opgenomen leningen (O/G) en uitgezette leningen (U/G);
• Rente en dividend;
• Financieringsbehoefte;
• Schatkistbankieren, kasgeldlimiet en renterisiconorm (Wet Fido);
• Omslagrente.


De beschrijving van de financiële positie zoals voorgeschreven in het BBV is geen onderdeel van deze paragraaf. Dit wordt behandeld in de financiële begroting en in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financieringsbehoefte

Financieringsbehoefte is een resultante (samenspel) van voorgenomen investeringen, liquiditeitspositie en vastgesteld beleid over de leningenportefeuille.

Het vastgestelde beleid bepaalt dat voor investeringen > € 1.000.000 een lening wordt opgenomen van gelijke waarde als de investering en met een lineaire aflossing gelijk aan de afschrijvingstermijn van de betreffende investering. Zo kunnen beide (activum en lening (schuld)) gelijktijdig de balans uitstromen.

 

Financieringsbehoefte en financieringssaldo

Terug naar navigatie - Financieringsbehoefte en financieringssaldo
Financieringssaldo Rekening Begroting 2022 Rekening
2021 primitief gewijzigd 2022
Saldo vaste activa 63.121 71.867 71.867 62.668
Saldo vaste passiva 67.138 66.126 66.126 69.397
Financieringssaldo 106% 92% 92% 111%
Bedragen x € 1.000,-

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

De regeling Schatkistbankieren decentrale overheden verplicht de gemeente om de middelen die wij niet direct nodig hebben aan te houden bij de staat. De deelname aan het Schatkistbankieren levert een bijdrage aan een lagere EMU schuld en zorgt ervoor dat de externe financieringsbehoefte van het Rijk lager wordt.  De grens voor schatkistbankieren is 2% van het begrotingstotaal voor de gemeente Baarn is dit € 1,4 miljoen.  Dit bedrag mogen wij maximaal als eigen geld op onze betaalrekening aanhouden. De gemeente Baarn houdt op basis van de eerdere norm maximaal € 400.000 in eigen beheer. Het overige wordt automatisch afgeroomd ten gunste van ’s rijks schatkist. Indien de middelen nodig zijn, kan tot een bepaald limiet een bedrag dagelijks worden teruggehaald naar eigen betaalrekening.  In 2022 is de drempel niet overschreden.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)
Verslagjaar 2022
(1) Drempelbedrag 1443
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
(2) Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 321 340 316 310
(3a) = (1) > (2) Ruimte onder het drempelbedrag 1.123 1.103 1.127 1.133
(3b) = (2) > (1) Overschrijding van het drempelbedrag
(1) Berekening drempelbedrag
Verslagjaar 2022
(4a) Begrotingstotaal verslagjaar 72.160
(4b) Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen 72.160
(4c) Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat -
Vanaf 1 juli 2021 (1) = (4b)*0,02 + (4c)*0,002 met een minimum van €1.000.000 als het begrotingstotaal kleiner of gelijk is aan 500 mln. En als begrotingstotaal groter dan € 500 miljoen is is het drempelbedrag gelijk aan € 10 miljoen, vermeerderd met 0,2% van het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat. Drempelbedrag 1.443
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
(5a) Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) 28.860 30.940 29.058 28.535
(5b) Dagen in het kwartaal 90 91 92 92
(2) - (5a) / (5b) Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 321 340 316 310

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft aan dat de gemeente op de reguliere betaalrekening “rood” mag staan. Dit mag niet meer bedragen dan 8,5% (art 2 lid 1b Ufdo: Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden) van het begrotingstotaal. Voor Baarn is dat voor 2022 € 6,3 miljoen. Omdat de bank dit bedrag in kas moet houden, heeft de bank een oproep gedaan aan gemeenten dit bedrag te verlagen. Baarn heeft hiermee ingestemd (zaaknummer 53285) en verlaagd naar € 2,5 miljoen. Wettelijk blijft het 8,5% van het begrotingstotaal.  In 2022 zijn wij ruimschoots binnen de norm gebleven.

Kasgeldlimiet Rekening Begroting 2022 Rekening
2021 primitief gewijzigd 2022
Begrotingstotaal 67.074 60.838 72.161 73.669
1 Toegestane kasgeldlimiet 8,5% 5.701 5.171 6.134 6.262
2 Omvang vlottende schuld (kortlopende schulden) 13.349 13.931
Opgenomen gelden < 1 jaar
Schuld in rekening-courant
3 Vlottende middelen 11.246 6.250 6.250 11.466
Uitzettingen < 1 jaar
Liquide middelen
4 Totaal vlottende schuld (2 - 3) 2.103 -6.250 -6.250 2.465
5 Ruimte onder kasgeldlimiet (1 - 4) 3.598 11.421 12.384 3.797
Bedragen x € 1.000,-

Renterisiconorm

Terug naar navigatie - Renterisiconorm

Op het moment dat er nieuwe leningen moeten worden aangetrokken (herfinanciering) of als een renteherziening van toepassing is loopt de gemeenten een renterisico. Om het renterisico te beheersen, is in de Wet Fido de renterisiconorm geformuleerd. De renterisiconorm is een richtlijn die helpt om renteaanpassingen van financiering en beleggingen goed in de tijd te spreiden. Met als doel het voorkomen van  een overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar.  Om dat te bereiken mag het totaal aan renteherzieningen en aflossingen op grond van deze norm 
per jaar niet meer zijn dan 20% van het begrotingstotaal bij aanvang het jaar met een minimum van € 2500.000. Voor 2022 blijven we in Baarn ruim onder de toegestane renterisiconorm. 

Renterisiconorm Rekening Begroting 2022 Rekening
2021 primitief gewijzigd 2022
Renteherziening op vaste schuld (o/g) -534 0 0 -497
Renteherziening op vaste schuld (u/g) 0
-/- -/- -/- -/-
Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b) -534 0 0 -497
Nieuw aangetrokken vaste schuld 4.500 12.500 12.500 1.200
Nieuw uitgezette leningen
-/- -/- -/- -/-
Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b) 4.500 12.500 12.500 1.200
Betaalde aflossing / Te betalen aflossing 6.271 4.771 4.771 4.770
Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 4.500 4.771 4.771 3.500
Renterisisco op vaste schuld (2+6) 3.966 4.771 4.771 3.003
Begrotingstotaal 67.074 60.838 72.161 74.616
Renterisiconorm (20% begrotingstotaal) 13.415 12.168 14.432 14.923
Ruimte onder renterisiconorm (8-7) 9.449 7.397 9.661 11.920
Overschrijding renterisoconorm (7-8)
Bedragen x € 1.000,-

Rente en dividend

Terug naar navigatie - Rente en dividend

Rente
Rente wordt betaald op opgenomen leningen. De te betalen rente bedraagt in 2022 is  € 89.000.

Naast deze rente op leningen is er ook een rentetoerekening aan investeringen (omslagrente). Hiermee wordt tot uitdrukking gebracht dat voor investeringen een rentedragende lening opgenomen had moeten worden. De rente op investeringen is saldoneutraal in de begroting (positief op het product en negatief op het taakveld treasury). Het product wordt natuurlijk wel belast met de rentecomponent. E

Dividend
Van twee partijen ontvangt de gemeente Baarn dividend: de BNG bank en waterbedrijf Vitens. De BNG heeft over 2022 € 117.000 aan dividend uitgekeerd en Vitens is voor 2022 begroot op € 53.000. Beide zijn algemene dekkingsmiddelen; dus geen oormerk in de besteding.

Omslagrente

Terug naar navigatie - Omslagrente

Vanuit de BBV-notitie Rente moet in de financieringsparagraaf inzicht gegeven worden in de verwachte rentelasten en renteresultaat van de aan de taakvelden toe te rekenen rente. In de onderstaande tabel is dit samengevat. De omslagrente wordt bij de begroting berekend door de werkelijk aan de taakvelden toe te rekenen rente (in euro’s) te delen door de boekwaarde per 1 januari van de vaste activa die integraal zijn gefinancierd. Voor de interne doorberekening van de rentekosten naar de investeringen in de begroting 2022 is er gerekend met een rentepercentage van 0,5%.  De werkelijke rentelasten die over 2022 aan de taakvelden moeten worden doorbelast wijken meer dan 25% af van de begroting. Vanuit de BBV is in dit geval een correctie verplicht. Het percentage is bijgesteld naar 0,19%

 

Schema rentetoerekening cf BBV Jaarrekening 2021 Begroting 2022 Jaarrekening 2022
Externe rentelasten over lange financiering 174 131 89
Externe rentelasten over korte financiering
Externe rentebaten
Saldo rentelasten en rentebaten 174 131 89
Rente die aan de GREX moet worden toegerekend 0 0 0
Rente van projectfinanciering die aan betreffende taakveld wordt toegerekend 0 0 0
Rentebate van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is 0 0 0
aangetrokken die aan taakveld moet worden toegerekend.
Saldo toe te rekenen rente 0 0 0
Saldo door te berekenen externe rente (1 + 2) 174 131 89
Rente eigen vermogen 0 0 0
Rente over voorzieningen 0 0 0
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente 0 0 0
Aan taakvelden toe te rekenen rente (3 + 4) 174 131 89
Werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) -281 -293 -92
Renteresultaat op taakveld treasury -107 -87 -3
Bedragen x € 1.000,-