Programma 4 : Ondersteunend domein

Programma 4 : Financiële tabel

Programma 4 Financiële tabel

Terug naar navigatie - Programma 4 Financiële tabel
Bedragen x € 1.000
Exploitatie Begroting tot mei 2021 Realisatie tot mei 2021 Prognose 2021 Afwijkingen 2021
Lasten
400 Financieel beheer en beleid 309 -9 185 -124
410 Belastingen en basisregistratie 621 288 621
420 JZ - PO - BA 1.659 762 1.955 296
430 Communicatie en secretariaten 68 17 83 15
440 Overhead 6.973 2061 7.101 128
490 Algemene kosten programma 4 450 475 450 0
Totaal Lasten 10.079 3.595 10.394 315
Baten
400 Financieel beheer en beleid -36.875 -36898 -36.945 -70
410 Belastingen en basisregistratie -6.250 -6149 -6.250
420 JZ - PO - BA 0 0
440 Overhead -16 -6 -16
Totaal Baten -43.142 -43.053 -43.212 -70
SALDO van baten en lasten -33.063 -39.458 -32.818 245
Onttrekkingen
999 Reserves -15 -15
RESULTAAT na bestemming -33.078 -39.458 -32.833 245

Programma 4 : Financiële analyse lasten

Terug naar navigatie - Programma 4 : Financiële analyse lasten

Product 400 Financieel beheer en beleid

Treasury

Vanwege de lage rentestand zal naar schatting € 30.000 minder betaald worden aan rente.

Saldobepaling

Omdat er in 2021 geen extra afschrijvingslasten meer bijkomen, valt de stelpost vrije ruimte investeringen vrij in 2021. Een incidenteel voordeel van € 94.000.

Personeelkosten en inhuur

Bij deze tussenrapportage wordt op basis van de huidige inzichten er vanuit gegaan dat de inhuur kan worden opgevangen binnen de flexibele schil. Het is echter nog vroeg in het jaar. In hoeverre dit haalbaar is naar het einde van jaar hangt af van de snelheid van de invulling van moeilijk invulbaar functies (zie werving selectie) en ziektevervangingen. Bij de tweede tussenrapportage verwachten we hier een scherper beeld van te kunnen presenteren.

Product 420 Juridische Zaken, P&O en bestuurlijke aangelegenheden

Bestuurlijke aangelegenheden

De verwachte overschrijding van raadsbudgetten voor 2021 bedraagt per saldo € 115.000. De overschrijding wordt met name veroorzaakt door :

  • Externe ondersteuning van de raad voor de invoering van de omgevingswet ( € 15.000) en bestemmingsplan Soestdijk (€ 40.000).
  • Extra kosten voor digitaal vergaderen van de gemeenteraad tot de zomer van 2021 als gevolg van COVID 19 voor € 28.000.
  • Hogere salarislasten van de gemeenteraad dan begroot € 20.000. Dit wordt bij de perspectiefnota 2022-2025 structureel bijgeraamd.
  • Hogere salarislasten voor ondersteuning van de griffie € 20.000. Op 7 juli 2021 wordt een raadsbesluit genomen over de structurele uitbreiding voor de griffie.
  • Diverse posten met per saldo € 8.000 aan kleinere onderschrijdingen.

De verwachte overschrijding van de collegebudgetten voor 2021 bedraagt € 181.000. De overschrijding wordt met name veroorzaakt door :

  • Storting voorziening wethouders pensioenen € 125.000. De storting aan de voorziening wethouders pensioenen is niet (structureel) in de begroting opgenomen. Dit is gezien de jaarlijkse verplichte toevoeging van premies en indexatie en structurele kostenpost van minimaal € 125.000 per jaar. Bij de perspectiefnota 2022 wordt dit structureel hersteld.
  • Bijdrage Fonds GGU € 40.000. De bijdrage aan het fonds GGU van de VNG ( € 63.000) kan niet worden gedekt uit het beschikbare budget voor kosten van de VNG van € 68.000. Het raming is tot nu toe niet geactualiseerd voor deze bijdrage aan het fonds voor Gezamenlijke Gemeentelijke Uitgaven. Bij de perspectiefnota 2022 wordt dit structureel hersteld.
  • Verzekeringskosten € 17.000. De jaarpremies van diverse verzekeringspolissen zijn € 17.000 hoger dan begroot. Voordat deze raming wordt geactualiseerd wordt de noodzaak en de omvang van de verzekeringspolissen beoordeeld.

Rechtmatigheidsverantwoording 

Met ingang van 2021 moet het college verantwoording afleggen over de rechtmatigheid van de jaarrekening. De accountant krijgt hierdoor een andere rol en zal vanaf het boekjaar 2021 geen oordeel meer geven over de rechtmatigheid in zijn controleverklaring. De verantwoordelijkheid voor de financiële huishouding en het rechtmatig handelen wordt hiermee explicieter bij het college belegd. Vooralsnog gaan we ervan uit dat de invoering van de rechtmatigheidsverantwoording kunnen opvangen binnen bestaande budgetten.

Product 430 Communicatie en secretariaten

Uitvoeren 2-jaarlijkse Burgerpeiling

In 2019 is de Visie op de dienstverlening vastgesteld, gekoppeld aan een uitvoeringsprogramma. Als nulmeting is een Burgerpeiling uitgevoerd in 2019. Destijds is met de gemeenteraad gecommuniceerd om de burgerpeiling te herhalen in 2021. De kosten zijn niet begroot, waardoor we in 2021 een nadeel hebben van €15.000. In de perspectiefnota wordt voorgesteld om vanaf 2023 om de 2 jaar €15.000 budget op te nemen.

Product 440 Overhead

Overhead Informatie

De functionaliteiten van meerdere ICT pakketten (o.a. Neuron, BCT, KPN Lokale overheid) zijn de laatste jaren uitgebreid en aangepast aan de aangescherpte eisen bij Basisregistraties en Belastingen waardoor de kosten van deze pakketten gestegen zijn (€ 65.000 structureel). De afgelopen jaren werd dit als een overschrijding op de betreffende rekening gemeld. De inschatting is dat dit voorlopig verder neutraal zal blijven.

Bij de Najaarsnota 2020 van de RID is vastgesteld dat de deelnemersbijdrage 2021 van de RID met € 33.000 wordt verhoogd. Dit heeft te maken met de uitbreiding van de beheercapaciteit vanwege de veranderende werkomgeving, zoals de toename van het thuiswerken.

Implementatiekosten Pepperflow

De implementatiekosten van Pepperflow in 2020 zijn in 2021 pas in rekening gebracht. Dit betekent een nadeel van € 14.000 in 2021.

Werving en selectie

Door de krappe arbeidsmarkt is het steeds moeilijker om vacatures in te vullen met goede medewerkers. Extra kosten worden gemaakt voor werving & selectie, bemiddeling en tijdelijke vervanging door externe inhuur. Als gevolg van deze moeilijk invulbare functies verwachten we dat de budgetten voor werving en selectie niet toereikend zijn. Bij de 2e tussenrapportage verwachten we een beter beeld te kunnen schetsen en komen we hierop terug. Het risico op extra kosten is meegenomen in het risicoprofiel van de gemeente en het minimaal benodigde weerstandsvermogen.

Kosten EHRM-systeem

De structurele kosten voor het EHRM-systeem bedragen afgerond € 50.000. In de begroting is € 34.000 geraamd. Aanvullend budget van structureel  €16.000  is vanaf 2021 nodig om de kosten te kunnen dekken. Dit is een reparatie van al meerdere jaren te laag budget. Er is wel minder aanvullend budget nodig, omdat het nieuwe systeem goedkoper is, dan het oude systeem. 

Product 490 Algemene kosten programma 

Er zijn tot nu toe in 2021 geen concrete voorstellen opgenomen voor de bestrijding van de gevolgen van Corona. Uitgangspunt is dat eerst eventuele onderschrijdingen van budgetten als gevolg van Corona binnen de programma's voor eventuele herstelmaatregelen worden ingezet, alvorens we het incidentele budget van € 250.000 voor stimuleringsmaatregelen benutten. We kunnen terugkijkend constateren dat we in 2020 voldoende door het Rijk zijn gecompenseerd voor onze kosten, danwel de kosten binnen de reguliere begroting konden opvangen. Mocht het anders lopen of de noodzaak er zijn dan zal bij de budgetoverheveling aan het eind van het jaar een voorstel worden gedaan om het stimuleringsbudget van € 250.000, bij niet volledige besteding, over te hevelen naar 2022.

Programma 4 : Financiële analyse baten

Terug naar navigatie - Programma 4 : Financiële analyse baten

Product 400 Financieel beheer en beleid

De verwachting is dat de dividenduitkering 2021 (€ 53.000) van Vitens, net als in 2019 en 2020, niet wordt uitgekeerd in 2021 in verband met een te lage solvabiliteit. 
Daarnaast vinden er vanaf 2019 geen uitgezette leningen meer plaats aan verenigingen. Daardoor wordt de ontvangen rente steeds minder (2021: € 14.000)

De uitkomst van de meicirculaire 2021 geeft een voordeel van € 109.000.  

Product 420 Juridische Zaken, P&O en bestuurlijke aangelegenheden

Wij verwachten dat de overschrijding van het raadsbudget (€ 28.000) als gevolg van het digitaal vergaderen kan worden gedekt uit de incidentele rijksbijdrage, die vanuit de algemene uitkering wordt ontvangen c.q. onderschrijding op andere budgetten als gevolg van corona.